De Drie Hartstenen van de Maya's

De drie hartstenen van de Maya’s zijn de drie sterren Alnitak, Saiph en Rigel in het sterrenbeeld Orion. Samen vormen deze drie sterren een driehoek en het wolkachtige gebied dat deze driehoek omsluit is de “rook van vuur”. De K’iche’ Maya noemen de drie sterren in Orion “je oxib’ chi q’aq’ ahay”, “de staart van de drie vuur heren”.

De betekenis van de drie hartstenen gaat echter veel verder en is veel dieper dan drie sterren in Orion. Toen ik mijn boek “Maya Mysteriën Ontwaken” schreef, was ik er niet in geslaagd om de volledige betekenis te kunnen ontdekken.

(De schuin gedrukte tekst waarmee de tekst van iedere hartsteen begint komt van Stèle C uit de oude Maya-stad Quirigua).

De Eerste Hartsteen
Jaguar Peddelaar en Pijlstaartrog Peddelaar plaatsen een steen. Het gebeurde op Na Ho Chan, de Jaguar Troon Steen.

De Peddelaar Tweeling wordt vaak in een kano afgebeeld, waarbij de Oude Jaguar Peddelaar voorin en de Oude Pijlstaartrog Peddelaar achterin zit. In sommige versies van Scheppingsverhalen doen de Peddelaars mee met de creatie van het Kosmische Hart, waarbij ze de eerste van de drie hartstenen – de Jaguar Troon Steen – plaatsten op een plaats die Na-Ho’-Chan, Eerste-Vijf-Hemel, heet. De Peddelaars worden vaak afgebeeld samen met slangen (de ecliptica).

Zoals veel goden, worden de namen van de Peddelaars vaak door hun portretten weergegeven (zie tekening), maar deze portretten kunnen ook vervangen worden door twee peddelachtige emblemen met een k’in (dag) en een ak’bal (nacht) teken erin. K’in (dag) hoort bij Oude Pijlstaartrog Peddelaar en ak’bal bij Oude Jaguar Peddelaar. Deze twee tekens vormen dus een tegenstelling van dag en nacht, maar kunnen ook twee tegenovergestelde sterrenbeelden zijn: op het moment dat het ene sterrenbeeld aan de horizon opkomt, gaat het andere sterrenbeeld aan de andere kant van de hemel onder.

Foto: de Kruis Groep in Palenque, met van links naar rechts: Tempel van het Kruis, Tempel van het Bebladerde Kruis en Tempel van de Zon.

De Kruis Groep stelt de drie hartstenen voor, want het ontwerp en de beschermheiligen komen overeen met de tronen die op het Paleis Tablet zijn afgebeeld. De Tempel van de Zon is gewijd aan de Jaguar God, GIII, en komt overeen met de Eerste Hartsteen, een jaguar troon. Op het tablet in de Tempel van de Zon is een schild afgebeeld met het masker van de Jaguar God en het centrale motief zijn twee gekruiste speren. Deze tempel ligt aan de westzijde van de Kruis Groep, het westen wordt bij de Maya’s geassocieerd met zonsondergang en dood.
Volgens Susan Milbrath suggereren de twee gekruiste speren een hemels kruis en bevatten de speren skeletten van slangen die het sterrenbeeld Schorpioen voor kunnen stellen. Op het tablet is God L één van de twee Xibalba heren die een soort troon ondersteunen en de troon bevat twee koppen van een haai-achtig wezen, die bekend staat als Xoc, één aan iedere zijde. Xoc lijkt sterk op de visslang in het sterrenbeeld Boogschutter.

Stèle C in Quirigua (zie foto) is ook een voorstelling van de Eerste Hartsteen. Er is een koning afgebeeld met een lang dubbel koppig object in zijn handen. In plaats van de gebruikelijke slangenkoppen, komen hier echter jaguar koppen uit en uit de monden stroomt ch’ulel, heilige energie.
De eerste steen, de Jaguar Troon, Eerste-Vijf-Hemel, is dus verbonden met zonsondergang en de dood. De jaguar doet me denken aan de afbeelding op de Blaaspijper pot (zie tekening hieronder), hierop staat een Levensboom afgebeeld. Onderaan de boom zit aan de zijkant een poot van een jaguar en daarnaast is een schorpioen afgebeeld. De onderkant van de boom, bevindt zich dus in het zuidelijke kruispunt bij het sterrenbeeld Schorpioen.

Het lijkt er dus sterk op dat de Eerste Hartsteen werd geplaatst bij het zuidelijke kruispunt van de ecliptica en de Melkweg (de galactische evenaar), dat bij de sterrenbeelden Boogschutter en Schorpioen ligt. Bij dit kruispunt ligt dan ook Xibalba. Doordat veel Mayanisten de stelling van Linda Schele blijven volgen dat Xibalba (de Eerste Hartsteen, eigenlijk alle drie de hartstenen) bij het noordelijke kruispunt ligt, bij het sterrenbeeld Schildpad (Tweelingen), volgen hieronder meer aanwijzingen die duidelijk aantonen dat Xibalba op het zuidelijke kruispunt ligt, bij de sterrenbeelden Boogschutter en Schorpioen.

Het onderstaande komt uit het boek Star Gods of the Maya geschreven door Susan Milbrath (door mij vertaald in het Nederlands):

De kosmische boom op de sarcofaag van koning Pakal in Palenque bevat dezelfde attributen als die in de Tempel van het Kruis. Op deze sarcofaag is de Levensboom afgebeeld met aan de basis van de boom de Vierzijdige God. Zoals we zullen zien, stelt de Vierzijdige God de plaats voor waar de ecliptica de Melkweg op het zuidelijke uiterste kruist. De afbeeldingen suggereren dat de boom het Zuiderkruis is, dat in de zuidelijke hemel op het zuidelijke deel van de Melkweg ligt, waar de zielen van de doden opstijgen. Bij de Lacando’n is het Zuiderkruis een stellaire ceiba boom, die doden beklimmen om de hemel te bereiken. In het licht van het hedendaagse Maya geloof, dat zielen van overledenen sterren in de hemel worden, is het mogelijk dat sterren van de Melkweg werden gezien als geesten van doden die over deze zielenweg reisden.

Het Kosmische Monster (zie tekening) heeft aan iedere zijde een hoofd, en het hoofd aan de achterkant stelt de Vierzijdige God voor, dit is een skelet god met een vierzijdig embleem: een schelp, een aderlater, een Kin symbool en een vierde element dat doet denken aan de hangers die door GI en andere planetaire goden wordt gedragen. Het skeletachtige beeld van het hoofd aan de achterkant verwijst naar de dood en de wederopstanding van de zon. Dit komt overeen met de suggestie van Schele dat het hoofd aan de achterkant verbonden kan worden met de zon tijdens de winter zonnewende. Het monster heeft een doodsaspect, namelijk de skelet kaak en het Kimi teken, dat met de dood wordt geassocieerd en soms het Kin teken vervangt. De aderlater in de hoofdtooi (een wervelkolom van een pijlstaartrog) wordt soms door een haaientand vervangen, die werd ook voor bloedvergieten gebruikt.Dit symbool kan verwijzen naar het haaiachtige monster Xoc, die doet denken aan de visslang Boogschutter in de Dierenriem van de Parijs Codex. De Vierzijdige God met zijn skeletgezicht en prominente zonneglief beeldt de zon in Boogschutter af. Het achterste hoofd beeldt de plaats af waar de ecliptica de Melkweg kruist in de zuidelijke hemel tijdens de winterzonnewende. En hier wordt de zon tijdens de dageraad herboren op de winterzonnewende, na de langste nacht van het jaar, als de zon door het Xibalba Be gedeelte van de Melkweg gaat. Misschien komt het hierdoor dat het Kin symbool van de Vierzijdige God blijkbaar het oosten symboliseert.

Soms is het achterste hoofd vervangen door een skelet slang, zoals op Altaar G1 in Copán. Deze slang, de Witte-Skelet-Slang van Linda Schele, stelt Schorpioen voor en markeert de positie van de zon aan het begin van het droge seizoen in november. Het achterste hoofd van het Kosmische Monster kan dus met Boogschutter en Schorpioen worden geassocieerd, sterrenbeelden die de positie van de zon volgen vanaf het begin van het droge seizoen door de winterzonnewende, als de zon sterft en na de langste nacht van het jaar wordt herboren.
Sterrenbeelden die een verband hebben met het voorste hoofd van het Kosmische Monster zijn omgekeerd: de Pleiaden en Orion, sterren die de positie van de zon markeren aan het begin van het regenseizoen, en Tweelingen, die de noordelijkste positie van de zon tijdens de zomerzonnewende aangeeft. Venus kan ook aan het voorste hoofd gekoppeld worden, doordat Venus als het de Plejaden passeert een teken van regen is, en het noordelijke uiteinde (die alleen wordt bereikt als het in het noordelijke deel van de ecliptica is) wordt geassocieerd met het begin van de regenval.

We kunnen concluderen dat het Kosmische Monster één van de belangrijkste afbeeldingen van de Melkweg was tijdens de Klassieke en Postklasssieke Perioden. Gedurende de Klassieke Periode gaven zijn twee hoofden een vorm van tegenstellingen aan die de seizoensdualiteit lijkt weer te geven. Het reptielachtige hoofd aan de voorkant geeft waarschijnlijk de plek weer waar de zon in de noordelijke hemel beweegt, en de Melkweg passeert, tijdens het begin van de regenval in mei tot en met juni. Het hoofd aan de voorzijde is nauw verbonden met de noordelijke Chicchan slang (een hert-slang?), die regen brengt en misschien met Venus is geassocieerd als het door het noordelijke deel van de Melkweg gaat.

Kortom: het onderste gedeelte van de Levensboom op de sarcofaag van Pakal staat op de Vierzijdige God, deze god is het achterste hoofd van het Kosmische Monster en is het kruispunt in het zuiden waar de ecliptica de Melkweg op het zuidelijke uiterste kruist bij het sterrenbeeld Schorpioen. Op de doodskist van Pakal staat onderaan bij de Vierzijdige God de Xibalba heer God L. In de Madrid Codex op bladzijde 33b zien we God L met schorpioen klauwen en op bladzijde 80 heeft hij een schorpioen staart. God L staat onderaan de Levensboom, waaruit wederom blijkt dat de onderkant van de boom zich bij het sterrenbeeld Schorpioen bevindt.
Op de vaas met Zeven Goden neemt God L een prominente positie in, hij zit op de jaguar troon in een soort huis met daarboven een krokodil. De tekst op deze vaas luidt als volgt: Op vier Ahaw acht Kumk’u was het ingericht, Zwart is zijn Centrum (“Ek’-u-Tan”).

De volgende tekst komt uit het nieuwe boek van Karen Bassie – Sweet uit november 2008 (door mij vertaald in het Nederlands):

Het Viergedeelten Badge Monster (de Vierzijdige God, “Quadripartite Badge Monster”) was een symbool voor het Zuiderkruis. Als het Viergedeelten Badge Monster het Zuiderkruis voorstelt, dan dient zijn verschijning aan de basis van de boom op de sarcofaag deksel van de Tempel van de Inscripties en op het Tablet van het Kruis uitgelegd te worden. Schele (1992; Freidel, Schele and Parker 1993) stelde voor dat de sarcofaag deksel van Pakal (zie foto) een beeld van de nachthemel was. K’inich Janab’ Pakal is op de sarcofaag deksel afgebeeld, terwijl hij vanuit de kaken van een duizendpoot tevoorschijn komt, met het Viergedeelten Badge Monster eronder. In de lucht achter K’inich Janab’ Pakal staat een gestileerde boom in de vorm van een kruis met een dubbelkoppige slang over de horizontale balk gedrapeerd. Als het Zuiderkruis net boven de horizon is, als het ondergaat, dan is de kaak in de Melkweg die ik heb geïdentificeerd als de staart van de Melkweg krokodil ook net boven de horizon. Op het moment dat het Zuiderkruis ondergaat, is de kaak in een omhoog gerichte positie boven de zuidelijke horizon en neemt het de vorm van de duizendpoot kaken aan.

Direct boven deze kloof is het Boogschutter / Melkweg kruispunt. Een sterrenbeeld dat dichtbij staat, wordt door de K’iche’ als een kruis gezien. Het wordt het Dieven Kruis genoemd en bestaat uit de Boogschutter sterren Sigma, Phi, Delta, Gamma, Lambda, Epsilon en Eta. De K’iche’ noemen het erop volgende sterrenbeeld op de Melkweg, het sterrenbeeld Aquila (Arend), Xik, “Havik”. Aan het begin van het droge seizoen in november, gaat het Dieven Kruis aan het begin van de avond in het zuidwesten onder, en het Havik sterrenbeeld komt ongeveer een half uur later in het westen op. De K’iche’ zeggen dat de Havik het Dieven Kruis in de zee laat vallen en dit stopt de regen. Dit geloof geeft aan dat de Havik het Dieven Kruis in zijn klauwen pakt. Bovenop de Palenque boom zit een roofvogel. Het lijkt onwaarschijnlijk dat deze overeenkomst een toevalligheid is. Ik heb voorgesteld dat de Palenque vogel overeenkomt met Wok, de grote bosvalk (collared forest falcon) die de berichtgever vogel voor Hart van de Lucht was.

Het gebied in de nachthemel dat door het Drie Hartstenen sterrenbeeld werd gescheiden, het Tweelingen / Melkweg kruispunt, en de Plejaden werd duidelijk geassocieerd met het centrum van de wereld en de plaats van dualiteit. Dit gebied, echter, was niet het centrum of hart van de Melkweg. Spilpunten worden door Maya’s als harten beschouwd, en het spilpunt van de Melkweg is het Zuiderkruis. Als het Zuiderkruis op zijn top is gepositioneerd, dan omrand de Melkweg de horizon vanaf het zomer zonnewende zonsopkomst punt naar het zomer zonnewende zonsondergang punt. De daling van het Zuiderkruis valt samen met de opkomst van de mond van de krokodil van de Melkweg. De K’iche’ geloven dat de opkomst van het Zuiderkruis de regens brengt, en het is de mond van Melkweg krokodil die de regen in vele scènes laat stromen.

Kortom: Karen Bassie – Sweet is er net als ik van overtuigd dat het centrum van onze Melkweg het kruispunt bij Boogschutter en Schorpioen is en niet het kruispunt bij Orion en Tweelingen!

De K’iche’ Maya’s noemen de Zwarte Weg in de Melkweg (Xibalba Be) "de weg naar de andere wereld". Deze Zwarte Weg loopt aan de zuidkant van de Melkweg vanaf het sterrenbeeld Cygnus (Zwaan) richting het zuiden naar Schorpioen. De zwarte plek in de Melkweg bij Schorpioen werd door de Maya’s als de bek van een krokodil afgebeeld. Op de doodskist van Pakal staat de tekst och bin, dat “hij ging de weg in” betekent. Terwijl Pakal overlijdt gaat zijn ziel dus naar de Melkweg, naar Xibalba, het zuidelijke kruispunt bij Schorpioen en Boogschutter.

Opvallend is dat op Tempel 33 van Yaxchilan het volgende staat: “Het gebeurde bij het Zwarte Gat, de Zes-Schelp-In-Hand-Plaats. Hij ging de weg in bij de balspeelplaats.” Balspeelplaatsen worden gezien als ingangen naar de andere wereld. Linda Schele heeft deze tekst als vertaling bij een tekening met de betreffende hiërogliefen gezet en daar gebruikt ze het woord Zwart Gat, maar verder in haar boek gebruikt ze de naam Zwarte-Omzetter in plaats van Zwart-Gat. Dit vind ik vreemd en opvallend, des te meer doordat er op deze plek daadwerkelijk een zwart gat ligt, en hoogstwaarschijnlijk het middelpunt van onze Melkweg is. De Maya’s hebben het al meer dan duizend jaar geleden over het Zwarte Gat, bij het sterrenbeeld Schorpioen, en wij met al onze techniek hebben pas een aantal jaar geleden ontdekt dat er bij het sterrenbeeld Schorpioen een zwart gat ligt.

De Tweede Hartsteen
De Zwarte Huis Rood (Chak) God plaatste een steen. Het gebeurde op het Aarde Gedeelte, de Slangen Troon Steen werd gezet.

De Tempel van het Bebladerde Kruis in Palenque en Stèle A in Quirigua (zie foto) zijn weergaven van de Tweede Hartsteen; God GII is verbonden met de Tweede Hartsteen en is K’awil.

Op Structuur 33 in Yaxchilan zijn twee dwergen afgebeeld die koning Vogel Jaguar begeleiden terwijl hij het balspel speelt. Deze twee dwergen hebben een sterrenteken onder hun arm en de eerste dwerg draagt de schelp oorbel van Chak, waaruit blijkt dat hij een bliksemwezen is. Chak betekent rood en in de hooglanden van Guatemala komen rode bliksemstralen voor die op kleine kinderen of dwergen lijken. In Momostenango is C’oxol een rode dwerg die in scheppingsverhalen voorkomt: hij sloeg de eerste K’iche’ mensen met zijn bijl, zodat het licht of de bliksem in hun lichaam ontwaakte. Deze rode dwerg bracht dus de levensenergie in mensen.

K’awil is vaak afgebeeld met een lange neus die omhoog krult en die soms op de bek van een krokodil lijkt, hij heeft een dun lichaam, een spiegel op zijn voorhoofd en een lemmet van een bijl door zijn hoofd. In veel afbeeldingen komt er ook rook uit zijn bijl, deze rook is het vuur dat ontstaat door blikseminslag.

In het Yukateeks betekent k’awil “levensonderhoud, voedsel of “aalmoes”; iedere heilige substantie, een soort plant of lichaamsvocht zoals bloed of sap, door de goden geven. De Popul Vuh vertelt dat de goden mensen wilden maken die hun liefde en zorg zouden beantwoorden door voedsel aan hen terug te geven. De goden falen een paar keer, maar slaagden er tenslotte in om van een mengsel van maïsdeeg en water de juiste mensen te maken. K’awil stelt dus de verbinding voor, die mensen en goden bindt en symboliseert de spirituele kracht in voedsel, maar ook in materiële objecten.

Eén been van K’awil wordt vaak afgebeeld als de staart van een slang en uit de bek van de slang komt er vaak een god tevoorschijn (zie tekening hierboven). Visieslangen en de Witte-Skelet-Slang zijn de totemdieren van K’awil, en zoals we hier boven zagen is de Witte-Skelet-Slang een symbool voor het sterrenbeeld Schorpioen bij het Hart van de Hemel, een verwijzing naar de spirituele wereld.

De Tempel van het Bebladerde Kruis in Palenque ligt aan de oostelijke kant van de Kruis Groep, en ook de kleur rood is met het oosten verbonden. In het oosten komt de zon op en breekt de dageraad aan.

Helderzienden Maya’s in Momostenango zeggen dat ze een soort bliksem in hun lichaam voelen, waardoor hun lichaam gaat spreken. Door zich op deze bliksem af te stellen, kunnen ze de bedoelingen van de voorouders doorzien. De bliksem in een lichaam wordt met weerlicht geassocieerd dat over de vier zijden van de heilige K’iche’ meren flitst.
K’awil belichaamt dus de verbinding, het kanaal, tussen onze fysieke wereld en de andere wereld en voor de Maya’s maakte het niet uit welke vorm dat kanaal aannam.

De Derde Hartsteen
Itzamna plaatste de steen op de Waterlelie Troon plaats.

De Tempel van het Kruis in Palenque en zoomorph B in Quirigua (zie foto) zijn weergaven van de Derde Hartsteen; God GI is verbonden met deze Derde Hartsteen.

Op het Tablet van het Kruis in Palenque daalde God GI voor de gebeurtenissen tijdens het Einde van Periode 13.0.0.0.0, bij de drie hartstenen, vanuit de hemel af. Daarna ging hij weer terug omhoog naar de Zes Hemel plaats. Op Stèle C in Quirigua werden de drie hartstenen ook onder het gezag van God GI, als de Zes Hemel heer, tijdens het Einde van Periode 13.0.0.0.0 geplaatst.

De oriëntatie van de Tempel van het Kruis en de inscripties in dit gebouw geven aan dat GI met het noorden werd geassocieerd; de richting van zware regenstormen. De Maya’s zeggen dat er regenval komt als de noordenwind begint te blazen. Op het Tablet van het Kruis is een Levensboom afgebeeld en in de top zit een bovennatuurlijke vogel. Hij heeft iets in zijn snavel dat bestaat uit een schelp met daaraan een soort stof dat ergens omheen is gewikkeld. Volgens Karen Bassie is deze vogel Muwaan Mat, de vliegende vorm van GI en is GI gelijk aan Huracan. Huracan is de naam van de bliksemgod uit de Popul Vuh en hij is de eerste van de drie bliksemgoden die Hart van de Hemel heten. Een orkaan (hurricane) is de meest krachtige storm en gaat gepaard met bliksemstralen. De K’iche’ verbonden Huracan in oude tijden aan het sterrenbeeld Orion (Schildpad).

Dezelfde vogel die op het Tablet van het Kruis is afgebeeld zit ook in de boom van Stèle H in Copán. Daar is koning Waxaklahuun Ub’aah K’awil gekleed als Hun Ixim afgebeeld; Hun Ixim werd in de Postklassieke Periode Hun Hunahpu genoemd. Karen Bassie stelt dat de drie Hart van de Hemel bliksemgoden (GI, GII en GIII) manifestaties van Hun Hunahpu (Eerste Vader, de maïsgod) zijn.

De afbeelding op de Verrijzenis Vaas (zie tekening) toont de Helden Tweeling (de zon en de maan) die water gieten over Hun Hunahpu, terwijl hij tevoorschijn komt uit een opengebroken schild van een schildpad. Het tevoorschijn komen van de maïsgod uit een schildpad stelt het opkomen van maïs voor. De schildpad stelt namelijk het oppervlak van de aarde voor en het diamantenpatroon op zijn schild een vol geplant maïsveld.

Oude Pijlstaartrog Peddelaar is ook op een bepaalde manier met God GI verbonden. Op een vaas uit de Laat-Klassieke tijd staan de Peddelaar Goden samen met Chak afgebeeld (Linda Schele tekening 5513). Chak houdt hier de steen vast waarmee hij het schild van de schildpad openbrak, zodat de maïsgod tevoorschijn kon komen. Oude Pijlstaartrog Peddelaar heeft hier een voorwerp in zijn handen dat aan de bovenkant bestaat uit het diamantenpatroon en op de onderkant staat het k’an kruis.

De Tzeltal noemen de riem van Orion “drie koning(en)” en ze zeggen dat Orion de “kruis ster” is. Dit kruis is het noordelijke kruispunt van de ecliptica en de Melkweg (de galactische evenaar) bij het sterrenbeeld Orion (tussen Tweelingen en Stier).

Het k’an teken (zie tekening) bestaat uit een recht kruis en met vaak een cirkel in het midden. Dit teken komt overeen met de vorm van een piramideplatform met vier trappen, aan iedere zijde één. Zo’n structuur stelt het oppervlak van de aarde voor en de vier trappen de vier richtingen die vanuit het centrum de wereld ingaan. In de context van de richtingskleuren wordt het centrum gewoonlijk geassocieerd met yax, “blauw/groen”, terwijl het zuiden werd geassocieerd met k’an, “geel”.
Het teken voor k’an werd echter ook gebruikt om in een bepaalde context het centrum mee aan te geven en behalve “geel” had het als betekenis ook overvloed, rijkdom en gezondheid. De K’iche’ dagnaam K’anil, “geelheid” refereert aan het geel van rijpe maïsvelden, de vruchtbaarheid van de aarde.

Er is dus een sterk verband tussen het sterrenbeeld Schildpad in Orion en de maïs cyclus. De perioden dat Orion (Schildpad) onzichtbaar was, doordat het in conjunctie stond met de Zon, viel gedurende duizenden jaren samen met de tijd voor het planten van maïs en Orion kwam pas weer tevoorschijn tegen de tijd dat de maïs uit de grond opkwam. In Midden-Amerika loopt de schildpad tijdens het droge seizoen op het land en dan is Orion ook het langst zichtbaar (in december).

Het sterrenbeeld Schildpad, de drie sterren in de riem van Orion, werd ook als de kop van een schildpad met een waterlelie hoofdband afgebeeld. De schildpad, die het oppervlak van de aarde voorstelt, werd vaak met waterlelies afgebeeld, een symbool dat doet denken aan de aarde die in de wateren van het universum drijft. Maya’s beeldden water vaak als een waterlelie af; een logogram van een waterlelie stelt de woorden water, meer en zee voor. De waterlelie wordt nicte ha’, “bloem van het water” en ixim ha, “maïs van het water” genoemd.

Itzamna stelde in zijn k’an schildpad vorm de aarde voor. De vier zijden van het Kosmische Monster vormen de God Itzamna en Susan Milbrath voegt hier aan toe dat de twee hoofden de kruispunten van de Melkweg en de ecliptica voorstellen. Het achterste hoofd is het zuidelijke kruispunt bij het sterrenbeeld Schorpioen, en het voorste hoofd is het noordelijke kruispunt bij het sterrenbeeld Orion (Schildpad), zie boven.

De Waterlelie Troon Plaats lag dus bij het sterrenbeeld Schildpad.

Conclusie
De Eerste Hartsteen is duidelijk verbonden met de spirituele wereld, de plek waar we na ons overlijden naar toegaan. In het westen gaat de zon onder en Maya’s verbonden het westen met de dood. Het hart van de spirituele wereld ligt volgens de Maya’s op het zuidelijke kruispunt bij de sterrenbeelden Schorpioen en Boogschutter, waar de ecliptica de Melkweg elkaar kruisen.
Hier ligt ook de Eerste Hartsteen.

De Tweede Hartsteen is de verbinding tussen de spirituele wereld en de fysieke wereld. De God K’awil symboliseert de spirituele kracht in al het leven op aarde en zijn totemdier Witte-Skelet-Slang is verbonden met het hart van de spirituele wereld.

De Derde Hartsteen symboliseert onze fysieke wereld, het leven hier op aarde. De cyclus van maïs, het belangrijkste voedsel van de Maya’s, speelt hierbij een centrale rol. De Derde Hartsteen ligt bij het noordelijke kruispunt van de Melkweg en het sterrenbeeld Orion (Schildpad).



Bronvermelding:

1 opmerking: